Prof. Dr. R.J.
(Robert) Stokroos
Keel- neus- en oorarts

Winkler Prins is mijn alma mater. Mijn middelbare school van 1979 tot 1985. Winkler Prins bestond toen uit een bonte verzameling gebouwen, A tot en met F, verspreid rond het hertenkamp. Het statige gebouw A, nu het Veenkoloniaal Museum en het sfeervolle gebouw C met haar indrukwekkende tekenlokaal en haar piepkleine gymnastieklokaaltje. Bij iedere leswisseling klonken twee bellen: het sein om te vertrekken vormde de inleiding tot een ware volksverhuizing, de tweede bel was het sein om aan de volgende les te beginnen. Dat laatste was een hele opgave, niet alleen vanwege de ligging van de gebouwen, maar vooral omdat de gebouwwisselingen een belangrijk sociaal intermezzo vormden.
Winkler Prins heeft een grote bijdrage aan mijn persoonlijke ontwikkeling geleverd. Als middelbare scholier heb je dat niet zo in de gaten omdat je zelf het onderwerp bent van deze ontwikkeling. Ik heb er voor mijn latere professionele carrière essentiële dingen geleerd: zonder de lessen Engels van meneer Huisman of de lessen Frans van mevrouw van der Hoeven zou ik nu zeer beperkt zijn in mijn internationale contacten. Maar ook de wedstrijd " wie bouwt de snelst draaiende spijkermotor ", georganiseerd door meneer te Kolstee, leerde me nieuwe oplossingen te verzinnen en uit te proberen. En vooral ook om na een teleurstelling weer opnieuw te beginnen (de eerste editie van deze wedstrijd had ik namelijk de veruit langzaamst draaiende spijkermotor gebouwd). En dan was er de Winkler Prins Harmonie, waar je leerde dat een team meer is dan de som der leden, onder leiding van meneer van Dijk. Eigenlijk allemaal aspecten die onontbeerlijk zijn voor persoonlijke vorming en een professionele carrière.
Ik ben later arts geworden, en tevens hoogleraar. Ik leid nu zelf weer studenten, onderzoekers en arts assistenten op. En functioneer in diverse multidisciplinaire teams. Ver weg van de Winkler Prins. Maar de basis gedachte is nog steeds die van Winkler Prins: dat wat uiteindelijk van je overblijft, is de kennis en de ervaring die je doorgeeft aan een ander. Het liefst voeg je daaraan nog iets toe. Dat is wat Winkler Prins de afgelopen 150 jaar heeft gedaan. Ik hoop dat ook de generaties na ons dat ook zo mogen ervaren.